Kramer: voldoende aanknopingspunten triagisten rapport - NVDA

Kramer: voldoende aanknopingspunten triagisten rapport

In de nieuwsbrief van Ineen geeft cao-onderhandelaar Jane Kramer een reactie en toelichting op het Leeuwendaalrapport over triagisten.

Bron: nieuwsbrief Ineen.

Het Leeuwendaalrapport over de functie en werkbeleving van de triagisten (december 2016) laat volgens Jane Kramer van de NVDA zien dat triagisten trots zijn op hun werk. ‘Ze vinden dat ze belangrijk werk doen en zijn blij met de mensen met wie ze samenwerken, zowel hun directe collega’s als de huisartsen. Triagisten zeggen in feite dat de huisartsenposten een open cultuur hebben en dat is heel mooi.’ Naast deze verheugende uitkomsten, is er kritiek, bijvoorbeeld op de hoge werkdruk, knellende regels, de kernset en de beloning. Belangrijke thema’s, zeggen de onderzoekers van Leeuwendaal in een concluderend hoofdstuk, die elk voor zich invloed hebben op de werkbeleving en aanknopingspunten bieden voor verbetering.

De kritiek op de kernset is inmiddels aangepakt. De kritiek betrof niet het beoordelen zelf, maar de aanpak en vooral het directe effect op de herregistratie. De voortdurende druk die dit gaf in het dagelijkse werk, zorgde voor een mindere werkbeleving en verzwaarde de toch al hoge werkdruk. In december vorig jaar besloot de deelledenvergadering van InEen de derde herregistratie-eis te laten vervallen en de criteria voor de audits te verduidelijken. Ook het NTS wordt door sommige triagisten als knellend ervaren hetgeen de werkbeleving negatief beïnvloedt. Hetzelfde geldt voor het gebrek aan variatie in het werk. Van der Es: ‘Verreweg de meeste onderwerpen kan de post zelf samen met de triagisten en de huisartsen oppakken. Het rapport biedt vooral een goed handvat om intern met elkaar en met de OR of PVT in gesprek te gaan.’

Werkdruk heeft ook een belangrijke arbeidsmarktcomponent. Veel huisartsenposten hebben wervingsproblemen door onvoldoende aanbod van triagisten en een relatief hoog verloop. Vanuit SSFH wordt daarom hard getrokken aan een gericht arbeidsmarktbeleid dat inzet op het creëren van stageplaatsen en scholing. Het rapport suggereert dat wellicht het beroepsbeeld onduidelijk is, maar dat de triagistenfunctie een hbo-niveau zou moeten krijgen, wijst het rapport van de hand. Tot slot gaat werkdruk ook over waardering, aldus Kramer. ‘En dat is méér dan alleen geld.’ Ze doelt onder andere op een duidelijk personeelsbeleid, waarin de werkbelasting wordt gemonitord. Ook diversiteit in het werk en het zelf mogen roosteren hoort daar wat haar betreft bij. ‘Als je zelf kunt zorgen voor een goede balans tussen werk en privé en je tussendoor niet te vaak wordt gebeld om acuut een dienst over te nemen, wat onze zeer loyale achterban toch vaak doet, dan heb je als triagist niet altijd het gevoel dat je hijgend van de ene dienst naar de andere loopt.’ Natuurlijk zal het in de Cao-onderhandelingen ook over geld gaan. Volgens het rapport is het effect van een hogere beloning op de werkbeleving meestal van korte duur. Bovendien, zo blijkt, is de salariëring niet de reden waarom triagisten uitstromen. Van der Es: ‘Het laat zien dat mensen uiteindelijk blijer worden van andere dingen.’ Kramer: ‘Het werken in de nacht, patiënten die je niet kent, het continue moeten filteren van echte spoed en niet-spoed, maakt de functie zwaar en daar hoor wat ons betreft een hoger salaris bij. Triagisten vinden dat al heel lang.’